Naar nu
Jaap van den Ende | Delft 1944
Het monochrome zwarte vlak transformeert zich behalve naar wit ook naar grijs en rood. Op formica van Jaap van den Ende met de titel ‘Structure grey’ uit 1973, gaat wit gradueel over naar een ‘systematisch’ werk waarin het grijs en wit een bepaalde sfeer oproepen. Hij exposeert al in het begin van zijn carrière met Jan Schoonhoven, onder meer bij Orez in Den Haag, de toonaangevende galerie voor de kunstenaars van het informele en Nul. Hoewel hij de afwezigheid van het persoonlijke in Nul afwijst, wordt hij sterk aangetrokken door de kracht van de herhaling in het werk van zijn stadsgenoot Schoonhoven. De serialiteit ligt bij hem in het gebruik van zeer consequent doorgevoerde telsystemen, waarvan de onderdelen in elkaar grijpen tot terugkerende wisselende vormen en patronen. Ook hier maakt het schilderij zichzelf.
Monique Bosman | Groningen 1960
Bosman geeft met haar werk – dat bestaat uit reliëfs, rasters en de transformatie van de lege vlakken in fysieke blokken – een belangrijke rol aan gerecycled materiaal. Zij geeft opnieuw vorm aan resten textiel, karton en tot pulp geknede en uitgeharde blokken, die steeds anders gerangschikt worden. Het licht laat vervolgens allerlei kleurschakeringen in het wit zien. De zorgvuldig geconstrueerde rasters, waarin naast monochromie ook de kleuren van de materialen terugkeren, maken een onvergetelijke visuele indruk. Het licht vindt zijn weg door een denkbeeldig prisma waardoor het uiteenvalt en terugkeert in het spectrum dat bestaat uit de verschillende kleuren van het gerecyclede materiaal. Het maakproces bij Bosman doet denken aan dat van Schoonhoven en zijn stelregels.
In haar werk is zij – evenals de hiervoor besproken kunstenaars afwezig – terwijl haar hand in bewust niet bijgestelde imperfecties, het werk personifieert. Haar objecten zijn wat ze zijn, maar ze faciliteren – op verrassende wijze – het witte licht in ruimte, tijd en beweging.
herman de vries | Alkmaar 1931
de vries begon zijn kunstenaarschap met collages van gevonden materialen (collages trouvés) en schilderijen in voorstellingloze werken die gerekend kunnen worden tot materieschilderkunst. In de jaren 60 speelt hij een belangrijke rol in de Nederlandse Nul-beweging, mede door de oprichting van het tijdschrift ‘nul = 0‘. Na zijn verhuizing naar Eschenau in 1970 richt hij zich volledig op de natuur en werkt hij met natuurlijke materialen zoals aarde, bladeren en kruiden.
De bodeminstallatie met schors van platanen, geoogst en voor het eerst tentoongesteld in 2021 ter gelegenheid van zijn 90ste verjaardag, verbindt zijn vroege experimentele benadering met zijn latere focus op de natuur. Het weerspiegelt zijn filosofie dat de natuur de ware auteur is en hij slechts een bemiddelaar. Als kunstenaar is hij nog steeds actief en zijn werk vormt een voortdurende uitnodiging tot verstilling, ontmoeting en een hernieuwde aandacht voor de schoonheid van het natuurlijke.
Jan de Beus | Muiderberg 1958
Jan de Beus geboren als boerenzoon is meer dan alleen een schilder. Hij is naast een veelzijdig kunstenaar ook verzamelaar, muziekliefhebber, tentoonstellingsmaker en wereldreiziger. De Beus verzamelt het liefst werk van voorgangers en stijlgenoten die hij bewondert en met wie hij zich stilistisch verwant weet. Van neo-expressionist Georg Baselitz bijvoorbeeld maar ook van Cobraschilders als Theo Wolvecamp en Karel Appel. Artistiek geestverwant was Armando.
Typerend voor zijn werk zijn de expressieve verbeeldingen van cultuurhistorische inspiratiebronnen, zoals literaire verhalen, beroemde muziekstukken, klassieke mythen en Bijbelse scenes. Zijn schilderijen zijn vaak herkenbaar aan een rijke textuur en grove, spontane schildersgebaren.
Anneke Walvoort | Winterswijk 1956
Je moet even de tijd willen nemen om dit grote schilderij van Anneke Walvoort te zien. Op het eerste gezicht zie je misschien niets. Pas als je ogen gewend zijn aan het schilderij komt het beeld op; het verandert, het vervliegt weer. ‘Bijna-niet-schilderijen’ noemde iemand ze eens. Een gewaarwording op de grens van zien en niet (meer) zien.
Het schilderij is het resultaat van een langdurig proces. Opgebouwd uit ontelbaar veel, heel dun geschilderde lagen van voornamelijk gesso (mengsel van krijt en gips) en pigment waardoor het oppervlak gaat leven, kleur ruimte wordt en licht. Anneke woont en werkt in Amsterdam.
Jan Henderikse | Delft 1937
Henderikse begint zijn carrière als informeel schilder. In 1960 werd hij medeoprichter van de Nederlandse Nul-groep en begon het experimenteren met assemblages en het gebruik van grote aantallen alledaagse voorwerpen zoals kurken, kratten bier en nummerplaten. Henderikse gebruikt schaamteloos alle materialen die op zijn pad komen. De originaliteit van zijn werk ligt in de methode: seriële compositie en de presentatie van stukken werkelijkheid zonder verder commentaar. Hij zoekt zijn materiaal tussen afgedankte voorwerpen en het toevallige. In meer recent werk houdt hij zich bezig met de bedreigende aspecten van grote wereldgebeurtenissen. Hij woont en werkt in Antwerpen en Brooklyn, New York (VS).
Visualsbynature: Roelie Zanting en Erwin Zijlstra
Visualsbynature maakt op de natuur geïnspireerde kunst. Met fotografische en digitale technieken en levend materiaal zoals zaden en bladeren creëren zij composities waarin verwondering over de natuur centraal staat. Hun werk benadrukt de schoonheid van de natuur door structuren en herhalingen te combineren met puurheid en eenvoud.
In 04 presenteren zij Sporen. Zanting en Zijlstra’s werk toont overeenkomsten met dat van herman de vries (1931), een van de oprichters van de Nul-beweging, waarin herhaling en natuurlijke materialen centraal staan.
Te zien in de tentoonstelling 04 Van Informeel via Nul naar nu...